Krukas / Nokkenas meting

Eindcontrole voor krukassen of andere componenten / componentgroepen

Bij deze laatste inspectie van de krukas worden de krukassen overgebracht van de klantportallader naar de overdrachtspositie en overgedragen. De componentgegevens worden overgedragen via de interface zodat de testresultaten componentgerelateerd kunnen worden opgeslagen. In posities 2 tot 4 op de draaitafel worden de verschillende testtaken uitgevoerd door twee robots. Eerst wordt de locatie van de componenten op de werktuigdrager gecontroleerd via het ingebouwde camerasysteem en wordt het testprogramma in de positie aangepast. Na de taak wordt de individuele testapparatuur door de robot overgenomen uit de voorlopige opslag voor testapparatuur of schroevendraaier en geklemd via een O-klemsysteem. De tests op de verschillende posities worden uitgevoerd, de resultaten worden via een radiosysteem naar de meetcomputer verzonden.

De eindcontrole-automatisering van de krukas is zo ontworpen dat aanpassing aan andere krukassen snel mogelijk is. Voor dit doel kunnen de vervangende steunen en testeenheden snel en eenvoudig worden vervangen. Goede bereikbaarheid is mogelijk via twee beveiligde deuren.

Dit concept kan eenvoudig worden overgedragen naar andere componenten / componentgroepen.

Krukas-automatisering voor de dynamische meting van krukassen

Deze basiskrukasautomatisering is ontworpen voor de 100% meting van krukassen in de productielijn. Het kan worden aangepast aan verschillende krukassen via de wisselunits. Hier worden alle hoofdlagers, sublagers en liftlagers dynamisch gemeten. In deze versie worden de stiftlagers achter elkaar gemeten, een uitbreiding door verdere meeteenheden voor stiftlagers voor de gelijktijdige meting is mogelijk.

Meetvolgorde: de krukassen worden overgedragen van de klantportallader naar de overdrachtspositie en overgedragen. De componentgegevens worden overgedragen naar de meetautomatisering, zodat de meetresultaten componentgerelateerd kunnen worden opgeslagen. De voorpositioneerunit wordt verplaatst met de krukas in de meetpositie, de centreerpunten worden actief en de meetlucht ingeschakeld. De roterende aandrijving wordt gestart en de meeteenheden worden ingevoerd. De eerste dynamische meting vindt plaats (stiftlager 1), het gedeeltelijke resultaat wordt opgeslagen en de meetvork voor de stiftlagers wordt aangepast in meetpositie 2. De tweede gedeeltelijke meting wordt uitgevoerd en dit wordt herhaald bij alle andere stiftlagers. Na de laatste meting wordt het eindresultaat opgeslagen in de computer, weergegeven en uitgevoerd op de interface voor verdere verwerking. Alle meeteenheden bewegen naar de stationaire positie, de roterende aandrijving wordt gestopt, de meetlucht wordt uitgeschakeld en de krukas wordt in de overdrachtspositie gebracht. De krukas kan uit de klantportallader worden verwijderd.